Achter op de motor voel ik de wind langs mijn huid. Heerlijk, ik ben er weer even uit. Aan het eind van de middag rijden Eliseo en ik samen vanaf ons huis in Dos Bocas naar Hatillo toe. Het is 8 kilometer naar beneden over een onverharde weg. We volgen de slingerende weg naar beneden, langs de jungle en langs de rivier. Ik strek mijn arm uit naar het groene bos en voel me even vrij. Dit is onze vrijheid op het Costa Ricaanse platteland.
Het excuus is dat Eliseo mij graag het werk van de gemeente wil laten zien. De gemeente werkt aan het stuk Dos Bocas – Hatillo om de weg te verbeteren en samen met een aantal buurmannen helpt Eliseo vrijwillig mee. Eigenlijk is de reden ook om gewoon even van huis weg te zijn. Het is mij niet vreemd om zo twee of drie weken bij huis te zijn. Verder dan een wandeling met de honden kom ik niet. Maar erg vind ik dat niet, ik vermaak mij namelijk prima. Bovendien zijn onze werkzaamheden ook vooral in en om het huis. Het bijhouden van het huishouden en het onderhoud in de tuin. Met de twee bedrijven aan huis kunnen we ook bijna niet weg. Natuurlijk is het altijd fijn om er weer even opuit te gaan, maar normaal gesproken merk ik dat pas op het moment dat we onderweg zijn.
Het is een andere tijd
Nu is het anders. Het voelt als een opluchting. Door het virus voelt het alsof we gevangen zitten. Het virus bepaalt dat we geen gasten kunnen ontvangen in onze lodge en ook de thermale baden van mijn schoonouders naast ons zijn gesloten. Het virus maakt dat het onzekere tijden zijn met vrijwel geen inkomsten. Het is een periode met zorgen en het is voor niemand duidelijk hoelang dat gaat duren.
We proberen positief te blijven denken. Wonen op het Costa Ricaanse platteland geeft ons de vrijheid om samen spontaan op een klein avontuur te kunnen gaan.
Naar Hatillo
Op weg naar Hatillo zie ik inderdaad dat de gemeente aardig wat werk heeft verricht. De weg is op bepaalde stukken breder gemaakt. We rijden comfortabeler omdat de kuilen er voor het grootste gedeelte uit zijn gehaald. Ik ben blij verrast door de werkzaamheden en Eliseo geeft aan dat het werk nog niet af is.
Na twintig minuten raken we in Hatillo het asfalt aan. Hier is voor ons de dichtstbijzijnde supermarkt en hier zijn we bijna bij de snelweg en ook dichtbij de kust. Van een dorp met 60 inwoners zijn we naar een dorp met ongeveer 1000 inwoners gegaan. Van het platteland naar een plek waar de mensen dichter op elkaar wonen.
Op avontuur
Eliseo komt op het idee om een andere route terug te nemen. Een toeristische route. We rijden naar de andere kant van Hatillo en slaan een weggetje in die je alleen in zou slaan als je hier de omgeving kent. Het is een hobbelig begin. De weg blijft smal en we rijden het bos weer in. Ik vraag me af of het breed genoeg is voor een auto. ‘Waarom is hier een weg?’, vraag ik Eliseo. ‘Geen idee, het is er altijd al geweest.’ We doorkruisen een aantal beekjes en de weg klimt langzaam omhoog.
Aan de zijkant van het pad zijn boven de grond elektriciteitsdraden gespannen en al snel zie ik dat ze bedoeld zijn voor de bewoners van dit gebied. We passeren een paar huizen die op geruime afstand van elkaar staan. Het komt op mij over alsof degene die zich hier gevestigd hebben buitenlanders zijn die zich graag terugtrekken in de natuur. We komen toch nog twee voetgangers tegen. Elk hebben ze een hele grote hond aan de lijn en we begroeten elkaar vriendelijk. ‘Hier woon je pas afgelegen’, zegt ik tegen Eliseo. ‘Nee joh, je bent hier zo bij de grote weg.’ Huh? Ik weet overduidelijk niet waar we zijn.
We komen aan bij de kleine gemeenschap Lagunas. Deze bestaat uit Tico’s en buitenlanders die zich hier gevestigd hebben. We zijn het bos uitgereden en terwijl we omlaag rijden richting Baru kunnen we genieten van het mooie uitzicht over de heuvels.
Improviseren en hergebruik
Aangekomen in Baru zijn we weer op de grote weg en op het asfalt beland. We maken een stop bij een kleine supermarkt om een ijsje te kopen. Gezien de situatie hangt er een briefje en er wordt ons gevraagd eerst de handen met water en zeep te wassen voordat we de winkel ingaan. De wasbak is er voor de gelegenheid neergezet en de zeep zit in een plastic Coca-Cola flesje met een gaatje in de dop. Improviseren en hergebruik, het doen met de middelen die je hebt. Dat is wat ik herken van het dorp waar wij wonen en wat nieuw voor mij was toen ik naar Costa Rica verhuisde. Het hoeft niet altijd perfect te zijn. Het moet functioneren en in sommige gevallen is dat voldoende.
Buiten op het bankje bij de supermarkt eten we ons chocoladeijsje op. We zitten naast de grote weg maar er passeert nauwelijks verkeer. Heel lang blijven we niet zitten. Het is nog ongeveer een uur naar huis en we zullen net wel of net niet voor het donker aankomen.
Klimmen en dalen
Het asfalt verlaten we en we klimmen dezelfde weg weer omhoog en passeren de gemeenschap Lagunas. Een aantal huishoudens heeft de toegang naar de oprit versperd door een touw op te hangen met een bordje ‘no pasar’. Ik neem aan dat het een eigen genomen maatregel is om geen risico op besmetting te lopen. Een groepje vrouwen geniet van de wandeling in de namiddag. We begroeten de vrouwen, een van hen is een tante van Eliseo. Ze herkent ons alleen niet doordat we op de motor zitten met onze helmen op.
We klimmen gestaag verder omhoog langs de huizen op. Door de struiken heen zie ik de terrassen die natuurlijk zo gemaakt zijn dat de bewoners van het prachtige uitzicht kunnen genieten. Gelukkig hebben ze niet het alleenrecht. Een stukje verderop hebben we vrij zicht over de heuvels en zien we de Stille Oceaan. Ik hap naar adem. De laaghangende zon kleurt de lucht prachtig en geeft een oranje gloed aan de groene heuvels. Ik ben blij dat ik achterop zit en niet op de weg hoef te letten.
Kleine dorpjes in het heuvellandschap
Als we op ongeveer 600 meter hoogte zijn steken we over naar de andere heuveltop. Het rijden gaat gepaard met rustig afdalen, voorzichtig door de bochten om niet uit te glijden en als we weer omhoog gaan schiet ik af en toe een beetje naar voren wanneer Eliseo naar een andere versnelling schakelt. We komen door twee dorpjes: Punta Mira en Tierras Morenas. Beide dorpjes hebben een basisschool maar veel kinderen zullen er niet naartoe gaan.
Het is rustig, er is weinig bedrijvigheid op straat. Gevallen bladeren zijn in de berm bij elkaar geveegd tot hoopjes en worden verbrand. Om de zoveel meter laten ze zwarte vlekken achter. We begroeten dorpsbewoners die we bij hun huizen zien en de honden laten ons weten dat we dichtbij hun terrein zijn. Andere getuigen van onze rit die ik opmerk zijn een handvol toekans, een gier en een groepje parkieten dat overvliegt. Eliseo en ik genieten met volle teugen van ons uitstapje samen. Hij vindt het heerlijk om te rijden, ik geniet van datgene wat ik zie.
Het laatste stuk richting huis
De weg brengt ons weer terug naar de bomen afgewisseld met landbouwgrond. Om de zoveel honderd meter passeren we een woonerf. Zwartgeblakerde grond laat me zien dat er een flink stuk landbouwgrond is afgebrand om er weer iets op te kunnen verbouwen. Vermoedelijk komt er gras voor de koeien op te staan.
Eliseo maakt vaart want de middag loopt zo ten einde. Ik kijk omhoog en zie de maan aan de hemel staan. De wind maakt het nu zelfs een beetje fris om achterop te zitten. Ik realiseer me dat we na Lagunas geen tegenliggers meer zijn tegengekomen. We komen weer boven, we zitten op ruim 600 meter en ik kan me weer oriënteren. Even maken we een stop om samen van het uitzicht te genieten. We zien ons dorp Dos Bocas in het dal liggen, net als het dorp San Miguel en aan de overkant Las Nubes. Achter Las Nubes ligt de zee. Het is nog een stuk afdalen, Dos Bocas ligt zo’n 500 meter lager. De helmen gaan weer op. Nadat Eliseo de motor weer gestart heeft zegt hij:
‘De mooie momenten kun je niet plannen.’
Een video van de weg Hatillo – Dos Bocas:
12 comments
Fijn dat je zo lekker even op avontuur kon gaan, maar de reden waarom dit zomaar mogelijk is.. dat is natuurlijk helemaal niet tof. Ik hoop dat de onzekere periode niet te lang meer duurt en dat er langzaam weer een beetje hoop komt op nieuwe klanten en meer werk. Sterkte!
Dank je wel Yvonne. Tot die tijd proberen we positief te blijven en de mogelijkheden zien, zoals deze kleine avonturen.
De mooie momenten kun je niet plannen, dat is mooi gezegd, die gebeuren ook gewoon! Wat geweldig dat je hier gewoon tussen woont en zo mooi op avontuur kan. Hopelijk is alles wel snel weer normaal, ook bij jullie en kan de lodge gewoon weer open. Maar ondertussen is zo’n dag als je beschreven hebt ook wel genieten
Ik ben het met je eens, want het beste is natuurlijk dat alles weer normaal is. Tot die tijd de mooie momenten zien te pakken.
Wat een prachtige omschrijving van de omgeving rondom jullie lodge. Het is net of ik er zelf even kon rondkijken. Mocht je binnenkort nog een tochtje op de motor gaan maken. Deel hem gerust met je publiek 🙂
Hé Cindy, dank je wel voor je reactie. Ik zal kijken dat ik dit soort dingen vaker deel 🙂 Op Instagram deel ik ook al veel van ons dagelijks leven in de Stories.
Te gek dat je zo kunt genieten van je eigen omgeving. Als ik het zo lees, dan is het prachtig daar, vooral bij zonsondergang. Je hebt wel mazzel zeg met Eliseo als chauffeur, dan hoef je lekker niet op de weg te letten 🙂
Ja he! Ik kon heerlijk ontspannen en van de omgeving genieten. Het was een mooie rit.
Je hebt helemaal gelijk. In zo’n onzekere tijd is het fijn de vrijheid te hebben de natuur in te trekken. Dat helpt je toch om positief te blijven.
De natuur doet een mens zo goed, dat is één ding dat ik in ieder geval hier ontdekt heb.
Zo herkenbaar! Thuis zitten voelt anders wanneer het moet.
Leuk dat je op deze manier nog wat van de omgeving kan ontdekken. Dat proberen wij ook.
Het is toch een manier om positief te bljiven.